Deze stelling gaat ervan uit dat een Almachtige God dezelfde prioriteiten heeft als jij. Als we accepteren dat er een Almachtige, Absolute Godheid is, accepteren we anekdotisch dat er een Goddelijk Plan is. Als we bedenken dat er een Goddelijk Plan is, kunnen we niet aannemen dat het onze behoeften in deze wereld inhoudt. Daarom is het God de Schepper en niet wij Zijn Schepping. Als we geloven dat God de wereld schiep en de dood schiep, dan volgt logischerwijs dat de wereld nooit bedoeld was om onze permanente verblijfplaats te zijn. Net zoals geboorte de doorgang was van een ander bestaansniveau naar dit, zo is de dood die doorgang van deze wereld naar de volgende. Als zodanig ligt de nadruk van de religie niet op eeuwig leven, maar zo goed mogelijk leven en sterven met de wetenschap van dit feit.